Bezoek
April is de sterfmaand van mijn lieve Erik. Hij ging dood aan non-Hodgkinlymfoom in het Academisch Ziekenhuis Leiden (nu LUMC), waar tien jaar later mijn dochter werd geboren.
Pauline Slot schreef over hem en een beetje over mij in Eerste liefde, laatste hart, memoires over een jeugdliefde. Het boek verscheen in 2019 bij De Arbeiderspers. Diezelfde uitgever plaatste mijn sonnet Bezoek, over Eriks laatste dagen, in tijdschrift Maatstaf (nummer 1, 1988). Over dit gedicht schrijft Pauline in haar boek dat Eriks familie dat niet leuk vindt, vanwege de laatste regel…
Oordeel zelf, lees, luister en deel.
Bezoek
Eén bank, twee stoelen en een tafel hurken
hier in de gang, bij hematologie
ik kijk rond, of ik nog bekenden zie
en voel de droogte in mijn keelgat schurken
achter de vloerenboeners sluipen turken
tussen de zusters door. mijn fantasie
maakt van elk zuchten een behaarde knie
die opglijdt binnen engelwitte jurken
nu gaan de deuren open. weer een gang
ik zie het meisje, ze probeert een pruik
ik sta voor eriks kamer. ben niet bang
hij ligt te slapen, stil herrijst zijn buik
ik kus hem zachtjes op zijn koude wang
(het is niet erg dat ik urine ruik).
Of ik zelf weer in die situatie in het ziekenhuis loop. Onwaarschijnlijk mooi vastgelegd.
Een bijzonder boek
Een bijzonder gedicht
Over een bijzonder mens
Over bijzondere mensen
Vriendinnen
Vrienden
Nog dagelijks is hij er
Dagelijks
Snap dat het voor de familie confronterend is, zo’n regel, maar ik vind dat er veel onvoorwaardelijke liefde in doorklinkt. Liefde zonder opsmuk. Een fijngevoelig en helder gedicht!